Douwe Dirk van der Zweep, dagelijks bestuurder AOb
Jullie hielden dit najaar een enquête onder leden. Wat waren de belangrijkste resultaten?
Uit onze peiling van eind september bleek dat corona zowel in het mbo, hbo als wo tot meer werkdruk leidt. De nieuwe manier van werken is op veel plekken inmiddels gerealiseerd, maar feit is: online werken kost iedereen meer tijd en bezorgt docenten extra stress. Een deel van de mensen gaf aan fysieke klachten te ondervinden door het vele beeldschermwerk. Een behoorlijk deel noemde de psychische belasting. Wij vinden dit zeer zorgelijk en vinden het van groot belang dat dit wordt opgepakt, en dat ook de minister dit actief gaat monitoren en ruimte biedt voor extra menskracht. Verder leidt digitaal onderwijs volgens vrijwel alle docenten, of het nu om het mbo, hbo of wo gaat, tot kwaliteitsverlies. Ik denk dat we met z’n allen nog steeds in dezelfde situatie zitten; de issues en uitdagingen zijn niet veranderd. Het duurt alleen nóg langer nu.
Zie je verschillen tussen de eerste en de huidige, tweede coronagolf?
Tijdens de eerste golf stond het omschakelen naar volledig online onderwijs verzorgen centraal. Toen er weer ruimte kwam om onderwijs op locatie te verzorgen, waren hogescholen met name aan het puzzelen om te bepalen welk onderwijs weer fysiek kon om zo min mogelijk vertraging en uitval te hebben. Nu wordt de langetermijnblik belangrijker – hoe behoud je bijvoorbeeld de opleidingskwaliteit? – en ook de financiële kant van de crisis. Ik merk dat de energie om er samen iets van te maken binnen het hbo nog steeds heel groot is, maar de zorgen rijzen. Nu we zien dat de instroom nog hoger is dan verwacht, het bindend studieadvies is uitgesteld en afstuderen moeilijker is, krijgen hbo-medewerkers het alleen nog maar drukker. Voor de studenten vrezen we naast studievertragingen ook voor uitval; het studentenwelzijn is net als dat van de medewerkers in het geding.
Wat kunnen hogescholen zelf doen?
Ik denk dat het heel belangrijk is voor hogescholen om het bestaande takenpakket van hun werknemers onder de loep te nemen. Op veel plekken gaat men er nog steeds vanuit dat het huidige takenpakket gewoon overeind kan blijven – ook als medewerkers het vanuit huis, online moeten uitvoeren. Dat is niet reëel! Wil je je medewerkers gezond en gemotiveerd aan boord houden, dan zul je moeten bekijken welke activiteiten verminderd kunnen worden, of minder belastend ingericht. En welke extra ondersteuning en inzet noodzakelijk is. Daarnaast denk ik dat de volle focus op het primaire proces moet liggen. Zaken als visitaties hebben nu minder prioriteit. Hbo-instellingen moeten er uiteraard voor zorgen dat hun eindtoetsingen zorgvuldig zijn, maar accepteer dat de weg er naartoe anders is. En de top zal moeten accepteren dat extra inzet ook extra geld kost.
Wat is vanuit de vakbond de boodschap aan ‘Den Haag’?
Sectorbreed signaleren wij de toegenomen werkdruk. Den Haag moet voldoende middelen ter beschikking stellen aan onderwijsinstellingen om het extra werk op te vangen. Er moet ruimte komen voor meer mankracht. Helaas stemt het debat over de zorg mij niet hoopvol over de andere publieke sectoren, waaronder het onderwijs. Dát er heel hard gewerkt wordt, wordt onderkend. Maar nu de waardering daarvoor, en concrete acties. Instellingen zullen daarbij ook zelf het gesprek met de minister moeten aangaan over hun rekening.
Wat is jouw tip voor hbo-collega’s om bevlogen aan de slag te blijven?
Uit medewerkersonderzoek van Zestor blijkt dat het contact met studenten en collega’s en de kwaliteit van het werk belangrijke factoren zijn voor het werkplezier van hbo-medewerkers. Juist deze zaken komen nu in het gedrang. En nummer 1 aandachtspunt, de werkdruk, is verder opgelopen. Werkplezier is dus veel lastiger te realiseren. Ik herhaal nog eens de roep om extra handen. Dat gezegd hebbende… probeer toch manieren te vinden om de zaken die je voldoening en energie geven, te behouden. Dat is voor iedereen wat anders; voor mij is dat naar buiten toe. De kop leegfietsen.