Hoe voer ik een goed selectiegesprek met een participant?

Header image
In elk sollicitatiegesprek wil je ontdekken of er een match is tussen de functie en de kandidaat. Dit gaat over de werkzaamheden, de talenten en de mogelijkheden van de kandidaat. En het gaat over een match van de kandidaat met de organisatie. Zo ook met een werkzoekende met een beperking.

Iedereen die een baan zoekt, kan dit lastig vinden. Voor mensen met een beperking kan dit proces nog lastiger zijn, ze moeten eerst alle vooroordelen zien te overwinnen. Een participant benader je als elke andere kandidaat. Je kunt gewoon vragen naar waarom iemand deze baan wil en waarom iemand zichzelf geschikt vindt. Je kunt vragen naar ervaring en motivatie. Je kunt ook vragen naar welke ondersteuning iemand nodig heeft om het werk goed te kunnen uitvoeren. 

Tips voor het gesprek

Er zijn wel een aantal punten waarmee je rekening moet houden:

  • Focus in het gesprek vooral op wat iemand wil en kan. Een sollicitant weet dit zelf het allerbeste.
  • Een participant is niet zijn beperking, dus kijk naar de versterking en minder naar de beperking
  • Houdt het gesprek kort en positief
  • Stap over je eigen vooroordelen heen
  • Zorg dat de toekomstige werkbegeleider bij het gesprek aanwezig is en een goede inbreng heeft, zodat het voor de kandidaat helder wordt wat de precieze aard van het werk is en wat er verwacht wordt.
  • Vat het gesprek samen zodat er ruimte is voor aanvullingen van de kant van de kandidaat en eventuele misverstanden verhelderd worden
  • Maak duidelijke afspraken over de vervolgstappen

De sollicitant is overigens niet verplicht te vertellen over zijn beperkingen of antwoorden te geven op vragen over zijn gezondheid, behalve als dit de uitvoering van het werk belemmerd.

Tips rondom het gesprek

Let, afhankelijk van de beperking die de kandidaat ervaart, extra op:

  • Plek van het gesprek – bijv. rolstoeltoegankelijk of misschien prikkelarm
  • Taalgebruik – concrete, duidelijke taal, korte zinnen, vermijd moeilijke woorden en beeldspraak
  • Interactie – blijf onbevangen; de kandidaat kijkt je misschien niet aan of antwoordt traag vanwege een aandoening
  • Toelichting op het werk – leg de werkzaamheden, indien mogelijk, uit op de beoogde werkplek
  • Rol begeleider – minder zelfstandige kandidaten nemen vaak een begeleider mee. Besluit zelf of je vindt dat de kandidaat een vraag moet beantwoorden of zijn begeleider.