Het startpunt: Verkenning
Sluit de aanpak aan bij de behoeften van het team?
Meer informatie
De basis: het goede gesprek
Door teamdialoog vindt reflectie plaats en krijgt het leren en ontwikkelen in het team een impuls. Het ontbreekt teams en teamleden vaak tijd en ruimte om te reflecteren op het eigen en gezamenlijk handelen, waardoor intenties tot open spreken en luisteren tijdens teamgesprekken op de proef kunnen worden gesteld. De intentie is er dan wel, maar de deelnemers vallen terug in een patroon van actie en reactie. In een teamdialoog is er ruimte om de verschillende visies en ideeën bij de teamleden te verkennen, met als doel de gezamenlijke kennis te vergroten en tot nieuwe handelingsperspectieven voor het team te komen. Alle deelnemers leveren een bijdrage en er is een grondhouding van openheid om alle perspectieven van de teamleden tot hun recht te laten komen.
Tip:
Schakel een facilitator in!
Het is aan te raden om je als team te laten begeleiden door een facilitator of procesbegeleider op teamontwikkeling en -professionalisering. Denk hierbij aan een L&D-adviseur, HR, teamcoaches of een onderzoeker (bijvoorbeeld een docentonderzoeker uit het team of onderzoeker uit een lectoraat met expertise op teamprofessionalisering).
De rol van de facilitator in de teamdialoog
De facilitator probeert het proces van de dialoogvorming binnen het team te begeleiden. Daar is ook wel voorbereiding voor nodig. Bij de dialoog is zeker bij de eerste sessie het proces belangrijker dan de uitkomst. Het is belangrijk om zoveel mogelijk opties op tafel te krijgen, voordat besluiten worden genomen.
De facilitator kan helpen om een aantal gespreksregels en rollen af te spreken. Mogelijke gespreksregels zijn:
- Als iemand spreekt, dan is de rest van het team stil.
- Je reageert op inbreng/standpunt in plaats van op de persoon.
- Je spreekt vanuit je eigen rol/positie.
- Iedereen heeft gelijkwaardige ruimte om te spreken.
Hoe de rol van facilitator tijdens de dialoog kan worden ingevuld, is sterk afhankelijk van de context en de doelen van de dialoog. Als het gesprek inhoudelijk is, dan kan sturend op onderwerpen passen. Maar als het onderwerp gevoelig of relationeel is, dan is het aan het team om daar woorden aan te geven. Soms is stilte vanuit een facilitator ook een uitnodiging tot dialoog. Wanneer het gesprek loopt, kan de facilitator ook meer een observerende rol aannemen. De facilitator bewaakt dan wel de gespreksregels, maar reageert dan niet inhoudelijk op wat gezegd wordt. De facilitator kan wel observaties delen en daarover een vraag stellen: “Ik hoor nu vaak 'deelnemer x' aan het woord, hoe kijken anderen tegen dit onderwerp aan?”
Het is belangrijk om op veiligheid en proces te letten. De facilitator kan hier af en toe even het gesprek stilleggen en aan elke deelnemer vragen om even stil te staan bij wat dit met hem of haar doet. Om de stap van behoefte naar leerinterventie te maken, zal een team meerdere sessies nodig hebben gedurende een schooljaar. Naarmate de dialoog vordert, zal de ‘dialoogruimte’ steeds meer als vrije ruimte worden ervaren, waarin open spreken en luisteren iedereen steeds beter afgaat.
Het is ook goed om stil te staan bij de rol van de deelnemende docenten in het team. Dit heeft grote invloed op de uitkomst daarvan. Wordt de rol ingevuld vanuit de opgebouwde deskundigheid (vakmatig en didactisch) of is deze gericht op het collectief? Deze rolopvatting heeft ook consequenties voor de rol van de facilitator.